Betekenis van:
weiden

weiden
Werkwoord
  • laten grazen
"verboden hier vee te weiden"

Hyperoniemen

weiden
Werkwoord
  • vee op een stuk grond laten grazen
"De herder weidde zijn kudde schapen op de heide."
weiden
Werkwoord
  • in grasland gras eten
"er lopen wat schapen te weiden"

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord

weiden
een vervoeging van afweiden
weiden
een vervoeging van omweiden
weiden
een vervoeging van uitweiden

Voorbeeldzinnen

  1. Stad Weiden
  2. Weiden met geringe opbrengst
  3. (weiden met geringe opbrengst).
  4. Weiden met geringe opbrengst
  5. (weiden met geringe opbrengst), 2.03.03.
  6. Grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst
  7. (grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst), 2.03.02.
  8. (grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst) + 2.03.02.
  9. Grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst
  10. Mest van al dan niet omheinde weiden en woeste weidegrond
  11. Weidedagen op bergweiden of andere weiden die niet zijn begrepen in de oppervlakte cultuurgrond
  12. 2 Matig droog (graslanden of weiden, naar het noorden of oosten gerichte hellingen)
  13. Het basisvoer van de melkkoeien moet afkomstig zijn van graslanden en weiden die zich in het afgebakende, geografische gebied bevinden.
  14. Verordening (EG) nr. 1774/2002 verbiedt het gebruik op weiden van andere biologische meststoffen en bodemverbeteraars dan mest.
  15. Het basisvoer van de melkveestapel moet afkomstig zijn van natuurlijk grasland en natuurlijke weiden in het afgebakende geografische gebied.