Betekenis van:
weten
weten
Werkwoord
- slagen in iets; gedaan krijgen
"[iets] weten te [doen]"
Synoniemen
Hyperoniemen
weten
Werkwoord
- kennis hebben van
"wat niet weet wat niet deert"
"iets te weten komen (over iets)"
Hyperoniemen
weten
Werkwoord
- ergens kennis van hebben
"Hoe kun je dat nou weten als die stof nog nooit behandeld is?"
weten
Werkwoord
- meervoud tegenwoordige tijd van Nederlands|weten
"Wij weten erg veel."
weten
Werkwoord
- toekomende tijd enkelvoud en meervoud van Nederlands|weten
"Jullie zullen het gaan weten..."
weten
Werkwoord
- ''~ te'': erin slagen
"Hij wist zijn vader zover te krijgen hem dat geld te geven."
weten
Werkwoord
- de samenhang doorzien in
"Zodra je weet wat het inhoudt kun je pas een keuze maken"
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Niemand kan alles weten.
- Weten ze over ons?
- Iedereen moet het weten.
- Laat het ons weten alsjeblieft.
- Je wil het niet weten!
- Je zou beter moeten weten.
- Ik wil niks weten over Tom.
- Wij tweeën weten dat jullie tweeën liegen.
- Dit is wat we willen weten.
- Ze wil weten wie de bloemen stuurde.
- Ik wil hier niets over weten.
- Weten jullie van wie deze auto is?
- Waarom wilt ge weten waaraan ik denk?
- Hij is zeker weten geen heer.
- We zullen weldra de waarheid weten.