Betekenis van:
zin

zin (de ~ | meervoud zinnen)
Zelfstandig naamwoord
  • gestructureerde reeks woorden
"een zin ontleden"
"een enkelvoudige zin"

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin
Zelfstandig naamwoord
  • een serie woorden die gezamenlijk in syntactisch verband een afgerond geheel vormen
"De meeste zinnen bevatten een gezegde en een onderwerp, vaak aangevuld met voorwerpen en bepalingen."
zin
Zelfstandig naamwoord
  • een verlangen om iets te doen
"Ik heb zin in een lekkere bak koffie."
zin
Zelfstandig naamwoord
  • dat wat iets betekent, waar iets voor staat
"Bedoel je het woord "vertrek" in de zin van "kamer" of in de zin van "weggaan"?"
zin
Zelfstandig naamwoord
  • een reden voor bestaan
"Het reilen en zeilen van van kleinkinderen gaf zijn leven ondanks alle ongemak toch zin."
zin (de ~ | meervoud zinnen)
Zelfstandig naamwoord
  • orgaan voor waarneming; zintuig
"de vijf zinnen"
"de zesde zin"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • zin in eten; trek
"zin in [een ijsje]"
"zin in iets hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • baat; staat van functioneel zijn; bestaansreden
"wat is de zin van dat alles?"
"geen zin hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • begrip, inhoud van een woord of mededeling
"wat is de zin van dit symbool?"
"zo geeft het geen zin"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~ | meervoud zinnen)
Zelfstandig naamwoord
  • wat men van iem. of iets vindt, hoe men oordeelt
"zijn eigen zin volgen"
"zoveel hoofden, zoveel zinnen"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~ | meervoud zinnen)
Zelfstandig naamwoord
  • doel; bedoeling; voornemen om iets te bereiken; gedachten
"van zins"
"iets uit zijn zinnen zetten"

Synoniemen

Hyperoniemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • vermogen tot innerlijke gewaarwording; gestemdheid
"met hart en zin"
"een goede/kwaaie zin hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • zin; sterke begeerte; begeerte
"naar eigen zin handelen"
"zijn eigen zin doen/doordrijven/doorzetten"

Synoniemen

Hyperoniemen

zin (de ~ | meervoud zinnen)
Zelfstandig naamwoord
  • aangename gebeurtenis, omstandigheid
"we wonen hier erg naar onze zin"
"het gaat niet snel genoeg naar mijn zin"

Synoniemen

Hyperoniemen

Hyponiemen

zin (de ~)
Zelfstandig naamwoord
  • verstand
"zin voor [harmonie/orde/humor]"
"een zin voor iets hebben"

Synoniemen

Hyperoniemen

Werkwoord


Voorbeeldzinnen

  1. Deze zin niet vertalen!
  2. Dit is geen zin.
  3. Maak de zin af.
  4. Je moet deze zin onthouden.
  5. Deze zin bevat zeven woorden.
  6. Hoe verwijder ik een zin?
  7. Deze zin slaat nergens op.
  8. Deze zin is niet verkeerd.
  9. Deze zin is van mij.
  10. Welke zin heb je liever?
  11. Er zit in foutje in deze zin.
  12. Ik kan deze zin niet vertalen.
  13. Ik heb zin in een drankje.
  14. Ik had zin om te gaan wandelen.
  15. Eet waar je zin in hebt.