Betekenis van:
zondig
zondig
Bijvoeglijk naamwoord
- mbt. zonden; in religieuze betekenis
"zondige woorden/daden"
"zich zondig gedragen"
Synoniemen
Hyperoniemen
zondig
Bijvoeglijk naamwoord
- goddelijke voorschriften of verboden schendend
"Mensen zijn uiterst zondige wezens."
Werkwoord
Voorbeeldzinnen
- Hij leidde een zondig leven.