Vertaling van hustru

Inhoud:

Deens
Nederlands
ægtefælle, hustru, kone {zn.}
vrouw  [v]
echtgenote  [v]
gemalin [v]
Min kone er læge.
Mijn vrouw is arts.
Hans kone er fransk.
Zijn vrouw is Franse.


Gerelateerd aan hustru

ægtefælle - kone