Vertaling van jul

Inhoud:

Deens
Nederlands
jul {zn.}
kerstfeest [o] (het ~)
kerst [m] (de ~)
Kerstmis [v] (de ~)
Glædelig jul!
Vrolijk kerstfeest!
Glædelig jul!
Vrolijk kerstfeest!


Voorbeelden in zinsverband

Deens
Nederlands

Glædelig jul!

Vrolijk kerstfeest!

Glædelig jul!

Vrolijk kerstfeest!

Det er allerede jul i Europa.

In Europa is het al Kerst.


Gerelateerd aan jul