Vertaling van tre
Voorbeelden in zinsverband
Du har tre biler.
Jij hebt drie auto's.
Jeg har tre hunde.
Ik heb drie honden.
Tre is, tak.
Drie ijsjes, alstublieft.
Han døde tre dage senere.
Hij stierf 3 dagen daarna.
Han er tre år ældre end hende.
Hij is drie jaar ouder dan zij.
Han er tre år ældre end hende.
Hij is drie jaar ouder dan zij is.
Normalt spiser vi tre gange om dagen.
Normaal eten wij driemaal per dag.
Han er tre år ældre end hende.
Hij is 3 jaar ouder dan zij.
En, tre og fem er ulige tal.
Eén, drie en vijf zijn oneven getallen.
En, to, tre, fire, fem, seks, syv, otte, ni, ti.
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien.
Min bror er to år ældre end mig, men han er tre centimeter lavere.
Mijn broer is twee jaar ouder dan ik, maar hij is drie centimeter kleiner.