Vertaling van treten

Inhoud:

Duits
Spaans
gehen, laufen, marschieren, treten {ww.}
marchar

wir treten
sie treten

nosotros marchamos
ellos/ellas marchan
» meer vervoegingen van marchar

schreiten, treten {ww.}
dar pasos
gestionar
caminar

wir treten
sie treten

nosotros gestionamos
ellos/ellas gestionan
» meer vervoegingen van gestionar



Voorbeelden in zinsverband

Duits
Spaans

Könnten Sie zur Seite treten?

¿Quiere hacerse a un lado?

Wir treten gegeneinander an. Wer sich die übelsten Beschimpfungen ausdenkt, hat gewonnen.

Hagamos un concurso. Aquel bando al que se le ocurra el peor insulto, gana.


Gerelateerd aan treten

gehen - laufen - marschieren - schreiten