Vertaling van verfliegen
Inhoud:
Duits
Spaans
fliegen, eilen, dahineilen, jagen, verfliegen {ww.}
volar
sie verfliegen
ellos/ellas vuelan
» meer vervoegingen van volar
Dieser Vogel kann fliegen.
Este pájaro puede volar.
Ich kann nicht fliegen.
Yo no sé volar.