Vertaling van glucken

Inhoud:

Duits
Frans
glucken {ww.}
glousser

wir glucken
sie glucken

nous gloussons
ils/elles gloussent
» meer vervoegingen van glousser

gedeihen, gelingen, geraten, glücken, prosperieren {ww.}
prospérer 


Gerelateerd aan glucken

gedeihen - gelingen - geraten - glücken - prosperieren