Vertaling van Auskommen

Inhoud:

Duits
Nederlands
Auskommen {zn.}
levensonderhoud 
auskommen, herauskommen, hinauskommen {ww.}
uitkomen 

ich werde auskommen
du wirst auskommen
er/sie/es wird auskommen

ik zal uitkomen
jij zult uitkomen
hij/zij/het zal uitkomen
» meer vervoegingen van uitkomen



Gerelateerd aan Auskommen

auskommen - herauskommen - hinauskommen