Vertaling van Beute

Inhoud:

Duits
Nederlands
Beute [v] (die ~) {zn.}
prooi 
vangst
buit [m]
Beute [v] (die ~), Raub [m] (der ~) {zn.}
buit [m]
ausbeuten {ww.}
misbruik maken van
misbruiken 

ich beute aus

ik misbruik
» meer vervoegingen van misbruiken

ausbeuten, ausnutzen, exploitieren, nutzen, nutzbar machen, abbauen {ww.}
uitbuiten
uitmelken
exploiteren

ich beute aus

ik buit uit
» meer vervoegingen van uitbuiten



Gerelateerd aan Beute

Raub - ausbeuten - ausnutzen - exploitieren - nutzen - nutzbar machen - abbauen