Vertaling van Computer

Inhoud:

Duits
Nederlands
Computer, Datenverarbeiter [m] (der ~) {zn.}
computer  [m]
Ich habe einen Computer.
Ik heb een computer.
Ich will einen Computer.
Ik wil een computer.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Ich habe einen Computer.

Ik heb een computer.

Computer sind komplizierte Maschinen.

Computers zijn ingewikkelde machines.

Dies ist mein Computer.

Hierdie is my rekenaar.

Ich will einen Computer.

Ik wil een computer.

Computer werden ständig verbessert.

Computers worden steeds verbeterd.

Ich kann den Computer nicht reparieren.

Ik kan de computer niet repareren.

Nur sie kann den Computer benutzen.

Alleen zij kan de computer gebruiken.

Mein Computer ist mein bester Freund.

Mijn computer is mijn beste vriend.

Ein Computer ist eine komplexe Maschine.

Een computer is een ingewikkelde machine.

Ich habe meinen Computer reparieren lassen.

Ik heb mijn computer laten repareren.

Argh! Mein Computer hat sich wieder aufgehängt.

Jemig! M'n computer is alweer vastgelopen!

Hacker brechen ohne Erlaubnis in Computer ein.

Hackers breken zonder toestemming in computers in.

Es ist von Vorteil, Computer bedienen zu können.

Het is een voordeel een computer de kunnen gebruiken.

Computer werden oft mit dem menschlichen Gehirn verglichen.

Computers worden vaak vergeleken met het menselijk brein.


Gerelateerd aan Computer

Datenverarbeiter