Vertaling van Großer

Inhoud:

Duits
Nederlands
Großer {zn.}
grote
kanjer
aanzienlijk persoon [m]
Was für ein großer Hund!
Wat een grote hond!
Er ist ein großer Feigling.
Hij is een grote lafaard.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Was für ein großer Hund!

Wat een grote hond!

Ich bin ein großer Golffan.

Ik ben een grote fan van golf.

Er ist ein großer Feigling.

Hij is een grote lafaard.

Er ist als großer Maler bekannt.

Hij is bekend als een groot schilder.

Aus ihm ist ein großer Musiker geworden.

Hij is een geweldige musicus geworden.

Dieser amerikanische Film war ein großer Erfolg.

De Amerikaanse film was een groot succes.

Mit großer Freude heißen wir dich hier willkommen.

Het is met veel plezier dat we u hier verwelkomen.

Potzdonner! Was ist das für ein großer Kasten!

Lieve hemel, wat een enorme doos!

Ein kleiner Waldbrand kann sich leicht ausbreiten und schnell ein großer Flächenbrand werden.

Een klein bosbrandje kan zich makkelijk verspreiden en snel een grote vuurzee worden.