Vertaling van Moment

Inhoud:

Duits
Nederlands
Augenblick [m] (der ~), Moment [m] (der ~) {zn.}
ogenblik 
moment 
wip
wijl
tijdstip
tel [m]
oogwenk
Erdbeben können jeden Augenblick geschehen.
Aardbevingen kunnen zich op elk moment voordoen.
Einen Augenblick bitte!
Een ogenblik alsjeblieft!


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Er müsste jeden Moment kommen.

Hij kan er elke seconde zijn.

Können Sie einen Moment warten?

Zou u even kunnen wachten?

Ich bin im Moment auf Diät.

Voor het ogenblik ben ik op dieet.

Ich komm im Moment nicht auf seinen Namen.

Ik kan even niet op zijn naam komen.

Sie sagte ihrem Sohn, er solle einen Moment warten.

Zij vroeg haar zoon een minuut te wachten.

Was mich betrifft, habe ich im Moment nichts zu sagen.

Wat mij betreft, ik heb op het moment niets te zeggen.

Endlich treffen wir uns! Ich habe so lange auf diesen Moment gewartet.

Eindelijk ontmoeten we elkaar dan! Ik heb hier zo lang op gewacht.

"Moment mal", sagte Dima, indem er sein Telefon herausholte. "Ich kenne jemand, der mir etwas Geld leihen könnte."

"Wacht even," zei Dima, terwijl hij zijn telefoon tevoorschijn haalde, "ik weet iemand die me wel wat geld zou kunnen lenen."

Ein Engländer, ein Belgier und ein Holländer gehen in eine Kneipe und setzen sich an den Tresen. Sagt der Wirt: "Moment mal, soll das ein Witz sein?"

Een Engelsman, een Belg en een Nederlander gaan een café binnen en nemen plaats aan de toog. Zegt de barkeeper: "Wacht even, is dit een mop of zo?"


Gerelateerd aan Moment

Augenblick