Vertaling van Neuheit

Inhoud:

Duits
Nederlands
Neuheit [v] (die ~) {zn.}
nieuwheid [v]
Neuheit, Schrei, Modeschrei {zn.}
nieuwigheid
rage
noviteit
Neues, Neuheit [v] (die ~), Neuigkeit [v] (die ~) {zn.}
nieuws 
nieuwtje  [o]
nieuwigheid [v]
Ich habe diese Neuigkeit von Hashimoto.
Ik heb dat nieuws vernomen van Hashimoto.
Nichts Neues unter der Sonne.
Niets nieuws onder de zon.


Gerelateerd aan Neuheit

Schrei - Modeschrei - Neues - Neuigkeit