Vertaling van Schutt

Inhoud:

Duits
Nederlands
Grus, Schutt [m] (der ~), Kies [m] (der ~) {zn.}
steengruis
grind 
gruis
gravel
Müll [m] (der ~), Schutt [m] (der ~) {zn.}
Vuilnis [o]
vuilnis
vuil
rommelzooi
rommel
puin
prullaria
afval  [o]
Am nächsten Morgen verließ Dima den Müllcontainer, musste aber feststellen, dass seine Kleidung jetzt nach Müll roch.
De volgende morgen kwam Dima uit de vuilcontainer en realiseerde zich dat zijn kleren nu allemaal naar vuilnis stonken.
rütteln, schütteln, schüttern, erschüttern {ww.}
wrikken
schudden 
opschudden
schokken

ich schütt(e)le

ik wrik
» meer vervoegingen van wrikken



Gerelateerd aan Schutt

Grus - Kies - Müll - rütteln - schütteln - schüttern - erschüttern