Vertaling van Schutz-

Inhoud:

Duits

Nederlands

defensiv, verteidigend, abwehrend, Defensiv-, Verteidigungs-, Abwehr-, Schutz- {bn.}

defensief

Begünstigung [v] (die ~), Protektion [v] (die ~), Schirm [m] (der ~), Schutz [m] (der ~) {zn.}

bescherming [v]
toeverlaat
begunstiging [v]

Jeder hat das Recht auf Arbeit, auf freie Berufswahl, auf gerechte und befriedigende Arbeitsbedingungen sowie auf Schutz vor Arbeitslosigkeit.

Iedereen heeft recht op arbeid, op vrije beroepskeuze, op goede en rechtvaardige werkvoorwaarden, en op bescherming tegen werkloosheid.

Hut, Wache [v] (die ~), Wacht, Bewahrung [v] (die ~), Obhut [v] (die ~), Bewachung [v] (die ~), Schutz [m] (der ~), Sicherung [v] (die ~) {zn.}

hoede
bewaking [v]

Ägis, Ägide [v] (die ~), Schutz [m] (der ~), Obhut [v] (die ~) {zn.}

bescherming [v]
schild
aegis [v]
aegide [v]

angeben, den Vorwand brauchen, vorgeben, vorschützen {ww.}

voorgeven
voorwenden
doen alsof

begünstigen, beschirmen, protektieren, schützen, beschützen {ww.}

beschermen
behoeden

Jeder muss seine eigene Familie beschützen.

Iedereen moet zijn eigen familie beschermen.

Ich verspreche dir, dass ich dich beschützen werden.

Ik beloof dat ik je zal beschermen.

Duits

Nederlands

Er suchte Schutz vor dem Regen.

Hij zocht beschutting tegen de regen.

Jeder hat das Recht auf Arbeit, auf freie Berufswahl, auf gerechte und befriedigende Arbeitsbedingungen sowie auf Schutz vor Arbeitslosigkeit.

Iedereen heeft recht op arbeid, op vrije beroepskeuze, op goede en rechtvaardige werkvoorwaarden, en op bescherming tegen werkloosheid.