Vertaling van Verspätung haben

Inhoud:

Duits
Nederlands
sich verspäten, Verspätung haben, Verspätung bekommen, zurückbleiben, nachgehen {ww.}
te laat zijn
achter zijn
over tijd zijn
achterlopen 


Gerelateerd aan Verspätung haben

sich verspäten - Verspätung bekommen - zurückbleiben - nachgehen