Vertaling van Vorteil

Inhoud:

Duits
Nederlands
Vorteil [m] (der ~), Vorzug [m] (der ~), Nutzen [m] (der ~), Übergelegenheit {zn.}
voordeel
pré
Beim Basketball sind große Spieler im Vorteil.
Lange spelers hebben een voordeel in basketbal.
Es ist von Vorteil, Computer bedienen zu können.
Het is een voordeel een computer de kunnen gebruiken.
Vorteil [m] (der ~) {zn.}
gemak  [o]
geschikte gelegenheid [v]
Gnade [v] (die ~), Gunst [v] (die ~), Huld, Vergünstigung [v] (die ~), Gewogenheit, Vorteil [m] (der ~) {zn.}
genadigheid [v]
gunst 
begunstiging [v]
Interesse [o] (das ~), Nutzen [m] (der ~), Vorteil [m] (der ~) {zn.}
voordeel
nut
belang  [o]
baat  [v]
Die Information, die Sie mir gegeben haben, ist von geringem Nutzen.
De info die je me gaf is van weinig nut.
Gewinn [m] (der ~), Überschuß [m] (der ~), Verdienst [m] (der ~), Vorteil [m] (der ~) {zn.}
winst 
gewin
verdienste
baat  [v]
Ertrag [m] (der ~), Gewinn [m] (der ~), Interesse [o] (das ~), Nutzen [m] (der ~), Überschuß [m] (der ~), Verdienst [m] (der ~), Vorteil [m] (der ~) {zn.}
voordeel
winst 
profijt
gewin
belang  [o]
baat  [v]


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Beim Basketball sind große Spieler im Vorteil.

Lange spelers hebben een voordeel in basketbal.

Es ist von Vorteil, Computer bedienen zu können.

Het is een voordeel een computer de kunnen gebruiken.