Vertaling van abhalten

Inhoud:

Duits
Nederlands
abhalten, aufhalten, enthalten, verhindern, zurückhalten {ww.}
weghouden
onthouden
onttrekken
afhouden

ich werde abhalten
du wirst abhalten
er/sie/es wird abhalten

ik zal weghouden
jij zult weghouden
hij/zij/het zal weghouden
» meer vervoegingen van weghouden

machen, tun, stellen, bereiten, ausführen, verrichten, erledigen, abstatten, begehen, schließen, anfertigen, herstellen, erzeugen, hervorbringen, erschaffen, unterbreiten, halten, geben, schneiden, brauen, zurechtmachen, ordnen, zubereiten, bewirken, verursachen, hervorrufen, veranlassen, erregen, anrichten, ernennen, abhalten {ww.}
doen 
maken 
uitvoeren 
uitrichten
uitbrengen
bedrijven 
aanmaken 

ich werde abhalten
du wirst abhalten
er/sie/es wird abhalten

ik zal doen
jij zult doen
hij/zij/het zal doen
» meer vervoegingen van doen

Was muss ich tun?
Wat moet ik doen?
Was willst du tun?
Wat wil je doen?