Vertaling van abordnen
Inhoud:
Duits
Nederlands
ich werde abordnen
du wirst abordnen
er/sie/es wird abordnen
ik zal delegeren
jij zult delegeren
hij/zij/het zal delegeren
» meer vervoegingen van delegeren
ich werde abordnen
du wirst abordnen
er/sie/es wird abordnen
ik zal deputeren
jij zult deputeren
hij/zij/het zal deputeren
» meer vervoegingen van deputeren