Vertaling van aneignen
Inhoud:
Duits
Nederlands
aneignen, anmaßen, zueignen {ww.}
toeëigenen
ich werde mich aneignen
du wirst dich aneignen
er/sie/es wird sich aneignen
ik zal toeëigenen
jij zult toeëigenen
hij/zij/het zal toeëigenen
» meer vervoegingen van toeëigenen