Vertaling van ausgelassen
Inhoud:
Duits
Nederlands
ausgelassen, unzüchtig {bn.}
oneerbaar
onkuis
ontuchtig
onzedelijk
onkuis
ontuchtig
onzedelijk
äußerst fröhlich, kreuzfidel, ausgelassen {bn.}
uitbundig
uitgelaten
uitgelaten
auslassen, herauslassen, herausfließen lassen, loslassen {ww.}
ich habe ausgelassen
du hast ausgelassen
er/sie/es hat ausgelassen
ik heb weggelaten
jij hebt weggelaten
hij/zij/het heeft weggelaten
» meer vervoegingen van weglaten