Vertaling van auslegen
ich werde auslegen
du wirst auslegen
er/sie/es wird auslegen
ik zal uitstallen
jij zult uitstallen
hij/zij/het zal uitstallen
» meer vervoegingen van uitstallen
ich werde auslegen
du wirst auslegen
er/sie/es wird auslegen
ik zal vertolken
jij zult vertolken
hij/zij/het zal vertolken
» meer vervoegingen van vertolken
ich werde auslegen
du wirst auslegen
er/sie/es wird auslegen
ik zal verteren
jij zult verteren
hij/zij/het zal verteren
» meer vervoegingen van verteren
ich werde auslegen
du wirst auslegen
er/sie/es wird auslegen
ik zal uitstrekken
jij zult uitstrekken
hij/zij/het zal uitstrekken
» meer vervoegingen van uitstrekken
ich werde auslegen
du wirst auslegen
er/sie/es wird auslegen
ik zal uitstallen
jij zult uitstallen
hij/zij/het zal uitstallen
» meer vervoegingen van uitstallen