Vertaling van avancieren
Inhoud:
Duits
Nederlands
vorrücken, avancieren, befördert werden, aufrücken, vorankommen, Fortschritte machen, sich dem Ende nähern {ww.}
promotie maken
oprukken
in rang opklimmen
overgaan
avanceren
oprukken
in rang opklimmen
overgaan
avanceren
wir avancieren
sie avancieren
wij rukken op
zij rukken op
» meer vervoegingen van oprukken
Vormarsch , Avancieren {zn.}
doorstroming