Vertaling van beschwören

Inhoud:

Duits
Nederlands
beschwören, flehen {ww.}
bidden
smeken
bezweren 

wir beschwören
sie beschwören
wir beschworen

wij bidden
zij bidden
wij baden
» meer vervoegingen van bidden

beeidigen, schwören, beschwören {ww.}
zweren 
een eed afleggen

sie beschwören
sie beschworen

zij zweren
zij zworen
» meer vervoegingen van zweren



Gerelateerd aan beschwören

flehen - beeidigen - schwören