Vertaling van daheim
Inhoud:
Duits
Nederlands
heim, daheim, zu Hause {bw.}
thuis
Voorbeelden in zinsverband
Duits
Nederlands
Ich war daheim.
Ik was thuis.
Manchmal träume ich von daheim.
Soms droom ik over thuis.
Ich war daheim.
Ik was thuis.
Manchmal träume ich von daheim.
Soms droom ik over thuis.