Vertaling van eins
Inhoud:
Duits
Nederlands
Voorbeelden in zinsverband
Duits
Nederlands
Nimm bitte noch eins!
Neem er alsjeblieft nog een.
Kannst du mir auch eins kaufen?
Kan je er ook één voor mij kopen?
Eins, zwei, drei, vier, fünf, sechs, sieben, acht, neun, zehn.
Een, twee, drie, vier, vijf, zes, zeven, acht, negen, tien.
Ein Vektor ist ein Einheitsvektor, wenn seine Norm eins beträgt.
Een vector is een eenheidsvector als zijn norm gelijk is aan een.