Vertaling van einsetzen
Inhoud:
Duits
Nederlands
einsetzen, inserieren, hineintun, hineinlegen, hineinstecken {ww.}
inleggen
inzetten
indoen
inzetten
indoen
ich werde einsetzen
du wirst einsetzen
er/sie/es wird einsetzen
ik zal inleggen
jij zult inleggen
hij/zij/het zal inleggen
» meer vervoegingen van inleggen
ich werde einsetzen
du wirst einsetzen
er/sie/es wird einsetzen
ik zal fitten
jij zult fitten
hij/zij/het zal fitten
» meer vervoegingen van fitten