Vertaling van explodieren

Inhoud:

Duits
Nederlands
explodieren, platzen, in die Luft fliegen, in die Luft gehen, zerplatzen, ausbrechen {ww.}
uitbarsten
springen 
losbarsten
ontploffen
exploderen

wir explodieren
sie explodieren

wij barsten uit
zij barsten uit
» meer vervoegingen van uitbarsten

explodieren, krachen, donnern, detonieren {ww.}
knallen

wir explodieren
sie explodieren

wij knallen
zij knallen
» meer vervoegingen van knallen



Gerelateerd aan explodieren

platzen - in die Luft fliegen - in die Luft gehen - zerplatzen - ausbrechen - krachen - donnern - detonieren