Vertaling van gebogen
ombuigen
doorbuigen
ich habe gebogen
du hast gebogen
er/sie/es hat gebogen
ik heb gebogen
jij hebt gebogen
hij/zij/het heeft gebogen
» meer vervoegingen van buigen
nijgen
buigen
ich habe gebogen
du hast gebogen
er/sie/es hat gebogen
ik heb genegen
jij hebt genegen
hij/zij/het heeft genegen
» meer vervoegingen van nijgen
ich habe gebogen
du hast gebogen
er/sie/es hat gebogen
ik heb gebukt
jij hebt gebukt
hij/zij/het heeft gebukt
» meer vervoegingen van bukken
krombuigen
krommen
buigen
ich habe gebogen
du hast gebogen
er/sie/es hat gebogen
ik heb verbogen
jij hebt verbogen
hij/zij/het heeft verbogen
» meer vervoegingen van verbuigen
kromtrekken
doorbuigen
trekken
buigen
ich habe gebogen
du hast gebogen
er/sie/es hat gebogen
ik heb doorgebogen
jij hebt doorgebogen
hij/zij/het heeft doorgebogen
» meer vervoegingen van doorbuigen