Vertaling van gelangen

Inhoud:

Duits
Nederlands
ankommen, eintreffen, gelangen, zukommen, herzukommen {ww.}
aankomen 
arriveren 

wir gelangen
sie gelangen

wij komen aan
zij komen aan
» meer vervoegingen van aankomen

Der Brief wird morgen ankommen.
De brief zal morgen aankomen.
gedeihen, gelingen, geraten, glücken, prosperieren {ww.}
welvaren
vooruitkomen
tieren
gedijen
floreren
bloeien 

sie gelangen

zij voeren wel
» meer vervoegingen van welvaren

Erfolg haben, gelingen, bestehen {ww.}
slagen 
slagen voor
klaarspelen
doorkomen

sie gelangen

zij slaagden
» meer vervoegingen van slagen

Er wollte Erfolg haben.
Hij wilde slagen.
Ich denke, dass es ihm gelingen wird.
Ik denk dat hij zal slagen.