Vertaling van gelassen
Inhoud:
Duits
Nederlands
lassen, überlassen, unterlassen, zurücklassen {ww.}
laten
toelaten
loslaten
laten schieten
laten begaan
toelaten
loslaten
laten schieten
laten begaan
ich habe gelassen
du hast gelassen
er/sie/es hat gelassen
ik heb gelaten
jij hebt gelaten
hij/zij/het heeft gelaten
» meer vervoegingen van laten
Leben und leben lassen.
Leven en laten leven.
Lassen wir sie doch in Ruhe.
Laten we haar alleen laten.
Voorbeelden in zinsverband
Duits
Nederlands
Habt ihr die Tür offen gelassen?
Heeft u de deur open gelaten?
Sie hat ihren Sohn allein im Auto gelassen.
Zij heeft haar zoon alleen in de auto achtergelaten.