Vertaling van gestorben

Inhoud:

Duits
Nederlands
gestorben, tot, verstorben {bn.}
afgestorven
dood 
overleden
ter ziele
sterben {ww.}
sterven
versmachten
verscheiden
overlijden 
doodgaan

ich bin gestorben
du bist gestorben
er/sie/es ist gestorben

ik heb gestorven
jij hebt gestorven
hij/zij/het heeft gestorven
» meer vervoegingen van sterven

Menschen sterben jeden Tag.
Er sterven dagelijks mensen.
Gute Menschen sterben jeden Tag.
Er sterven dagelijks goede mensen.


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Maciek ist im Dezember gestorben.

Maciek overleed in december.

Er ist nicht umsonst gestorben.

Hij is niet voor niets omgekomen.

Cookies Mutter ist an Krebs gestorben.

De moeder van Cookie is aan kanker gestorven.

Sein Bruder ist letzten Monat gestorben.

Zijn broer is afgelopen maand overleden.

Er ist vor drei Jahren gestorben.

Hij is drie jaar geleden overleden.

Sein Sohn ist letztes Jahr gestorben.

Zijn zoon is het afgelopen jaar gestorven.

Er ist drei Tage später gestorben.

Hij stierf 3 dagen daarna.

Er ist im Alter von 70 Jahren gestorben.

Hij is gestorven op de leeftijd van zeventig jaar.

Meine Mutter ist gestorben, als ich klein war.

Mijn moeder stierf toen ik nog een kind was.


Gerelateerd aan gestorben

tot - verstorben - sterben