Vertaling van gezähnt

Inhoud:

Duits
Nederlands
gezackt, dental, Zahn-, gezähnt, zackig {bn.}
getand
tand-
zähnen, auszahnen, zacken, auszacken, kämmen {ww.}
van tanden voorzien


Gerelateerd aan gezähnt

gezackt - dental - Zahn- - zackig - zähnen - auszahnen - zacken - auszacken - kämmen