Vertaling van grün

Inhoud:

Duits
Nederlands
grün {bn.}
groen 
Grün [o] (das ~) {zn.}
groen 
Die Bäume sind grün.
De bomen zijn groen.
Grün steht Ihnen.
Groen staat je goed.
Blatt [o] (das ~), Bogen [m] (der ~), Folie [v] (die ~), Grün [o] (das ~) {zn.}
vel [o]
blad  [o]


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Die Bäume sind grün.

De bomen zijn groen.

Grün steht Ihnen.

Groen staat je goed.

Grün steht Alice.

Groen staat Alice goed.

Grün ist meine Lieblingsfarbe.

Groen is mijn lievelingskleur.

Zucchetti sind grün.

Courgettes zijn groen.

Grün steht dir total gut.

Groen staat je erg goed.

Ich strich den Zaun grün an.

Ik verfde het hek groen.

Tom schlug Mary grün und blau.

Tom sloeg Mary bont en blauw.


Gerelateerd aan grün

synoniemen

Grün - Blatt - Bogen - Folie