Vertaling van gutheißen
Inhoud:
Duits
Nederlands
approbieren, billigen, genehmigen, gutheißen, autorisieren, zustimmen {ww.}
ich werde gutheißen
du wirst gutheißen
er/sie/es wird gutheißen
ik zal toestemmen
jij zult toestemmen
hij/zij/het zal toestemmen
» meer vervoegingen van toestemmen