Vertaling van noch

Inhoud:

Duits
Nederlands
noch, noch immer {bw.}
nog 
noch {bw.}
evenmin
noch 


Voorbeelden in zinsverband

Duits
Nederlands

Beide Brüder leben noch.

Beide broers zijn nog in leven.

Versuche es noch einmal.

Probeer het nog eens.

Hat er noch Fieber?

Heeft hij nog altijd koorts?

Nimm bitte noch eins!

Neem er alsjeblieft nog een.

Versucht es noch mal.

Probeer opnieuw.

Lies es noch einmal.

Lees het nog een keer.

Tom ist noch Jungfrau.

Tom is nog maagd.

Hat sie noch Fieber?

Heeft ze nog koorts?

Beide Eltern leben noch.

Beide ouders leven nog.

Das Jobangebot steht noch.

De werkaanbieding geldt nog steeds.

Tom kann noch nicht schwimmen.

Tom kan nog niet zwemmen.

Es ist noch hell draußen.

Het is nog klaar buiten.

Sie liebte ihn immer noch.

Ze hield nog steeds van hem.

Tom ist noch im Krankenhaus.

Tom is nog steeds in het ziekenhuis.

Das weiß ich noch nicht.

Ik weet het nog niet.


Gerelateerd aan noch

noch immer