Vertaling van schöpfen
Inhoud:
Duits
Nederlands
schöpfen, entnehmen, entlehnen {ww.}
scheppen
ontlenen
putten
hozen
ontlenen
putten
hozen
wir schöpfen
sie schöpfen
wij scheppen
zij scheppen
» meer vervoegingen van scheppen
Schöpfen {zn.}
ontlening