Vertaling van siegen
Inhoud:
Duits
Nederlands
bewältigen, meistern, bemeistern, siegen, besiegen, überwinden {ww.}
wir siegen
sie siegen
wij zegevieren
zij zegevieren
» meer vervoegingen van zegevieren
wir siegen
sie siegen
wij zegevieren
zij zegevieren
» meer vervoegingen van zegevieren