Vertaling van stürmen
Inhoud:
Duits
Nederlands
stürmen {ww.}
stormen
wir stürmen
sie stürmen
wij stormen
zij stormen
» meer vervoegingen van stormen
stürmen, toben, rasen, wüten {ww.}
uitvaren
tieren
fulmineren
razen
foeteren
tieren
fulmineren
razen
foeteren
wir stürmen
sie stürmen
wij varen uit
zij varen uit
» meer vervoegingen van uitvaren
stürmen {ww.}
jakkeren
ijlen
ijlen
wir stürmen
sie stürmen
wij jakkeren
zij jakkeren
» meer vervoegingen van jakkeren