Vertaling van stählen
Inhoud:
Duits
Nederlands
hart machen, härten, abhärten, stählen, erhärten, abbinden, wappnen {ww.}
stalen
temperen
harden
temperen
harden
wir stählen
sie stählen
wij stalen
zij stalen
» meer vervoegingen van stalen
wir stahlen
sie stahlen
wij stalen
zij stalen
» meer vervoegingen van stelen
Kannst du mich lehren zu stehlen?
Kunt ge mij het stelen aanleren?