Vertaling van China

Inhoud:

Engels
Nederlands
China {eigenn.}
China [o]
crockery, earthenware, pottery, china, faience {zn.}
aardewerk  [o]
plateel
faience [v]
Tom doesn't know much about pottery.
Tom weet weinig over aardewerk.
porcelain, china {zn.}
porselein
He wrote a book on china.
Hij heeft een boek geschreven over porselein.
china, chinaware {zn.}
porselein [o] (het ~)
china, chinaware {zn.}
porselein
cathay, china, communist china, mainland china, people's republic of china, prc, red china {zn.}
China [o] (narticle ~)
I am from China.
Ik kom uit China.
He returned from China.
Hij is teruggekomen uit China.


Voorbeelden in zinsverband

Engels
Nederlands

I am from China.

Ik kom uit China.

He returned from China.

Hij is teruggekomen uit China.

Mr Wang is from China.

Meneer Wang komt uit China.

This book deals with China.

Dit boek gaat over China.

Facebook is blocked in China.

Facebook is geblokkeerd in China.

China is a large country.

China is een groot land.

China is larger than Japan.

China is groter dan Japan.

This tradition arose in China.

Deze traditie is ontstaan in China.

Taiwan isn't part of China.

Taiwan is geen deel van China.

He came back from China.

Hij is teruggekomen uit China.

China is rich in natural resources.

China is rijk aan natuurlijke grondstoffen.

He wrote a book on China.

Hij heeft een boek geschreven over China.

Not for all the tea in China!

Voor geen goud!

China has more than a billion inhabitants.

China heeft meer dan een miljard inwoners.

China is the biggest country in Asia.

China is het grootste land in Azië.