Vertaling van abut to
Inhoud:
Engels
Nederlands
to abut, to adjoin, to be next to {ww.}
grenzen aan
belenden
belenden
they abut
he/she/it will abut
they will abut
zij belenden
hij/zij/het zal belenden
zij zult belenden
» meer vervoegingen van belenden
to abut on to, to abut to {ww.}
zwemen naar
grenzen aan
in de buurt komen van
bijna ... zijn
grenzen aan
in de buurt komen van
bijna ... zijn
I abut
you abut
we abut
ik raak aan
jij raakt aan
wij raken aan
» meer vervoegingen van aanraken
Don't touch that.
Niet aanraken.
Don't touch it.
Niet aanraken.
to confront, to face, to abut, to address {ww.}
het hoofd bieden