Vertaling van accommodating
Inhoud:
Engels
Nederlands
accommodating, amenable, compliant, conciliary, yielding {bn.}
inschikkelijk
meegaand
toegevend
toegeeflijk
toegevelijk
meegaand
toegevend
toegeeflijk
toegevelijk
accommodating, good-hearted, agreeable {bn.}
coulant
goedig
handelbaar
toegevend
goedig
handelbaar
toegevend
benign, kind, kindly, accommodating, amiable {bn.}
gewillig
goedwillig
welgezind
welwillend
goedwillig
welgezind
welwillend
benevolent, kind, sympathetic, accommodating, agreeable, amiable {bn.}
welwillend
to aid, to assist, to help, to benefit, to accommodate, to attend to, to advance, to avail {ww.}
I am accommodating
to accommodate {ww.}
onderdak bieden
onder dak brengen
onder dak brengen
I am accommodating
to accommodate {ww.}
een dienst bewijzen
I am accommodating
to accommodate, to entertain, to put up, to host {ww.}
gastvrijheid verlenen aan
I am accommodating
to adapt, to adjust, to accommodate, to conform {ww.}
zich aanpassen
to bring into agreement, to reconcile, to square, to bring into accord, to accommodate, to conciliate {ww.}
tot overeenstemming brengen
rijmen
bijpassen
in overeenstemming brengen
bijbetalen
rijmen
bijpassen
in overeenstemming brengen
bijbetalen
to bring into agreement, to reconcile, to square, to bring into accord, to accommodate, to conciliate {ww.}
tot overeenstemming brengen
in overeenstemming brengen
rijmen
verbroederen
in overeenstemming brengen
rijmen
verbroederen
to provide, to supply, to accommodate, to serve, to administer {ww.}
voorzien van
stijven
provianderen
spekken
bevoorraden
stijven
provianderen
spekken
bevoorraden
He couldn't adapt to new circumstances.
Hij kon zich niet aan nieuwe omstandigheden aanpassen.
to accommodate, to reconcile {ww.}
verzoenen
I am accommodating