Vertaling van accord
Inhoud:
Engels
Nederlands
to agree, to accord, to be in accord, to concord, to concur, to hold {ww.}
I accord
you accord
we accord
ik stem in
jij stemt in
wij stemmen in
» meer vervoegingen van instemmen
The people in the office will never agree.
De mensen op kantoor zullen nooit instemmen.
I don't know whether he will agree to our plan or not.
Ik weet niet of hij met ons plan zal instemmen of niet.
I accord
you accord
we accord
ik veroorloof
jij veroorlooft
wij veroorloven
» meer vervoegingen van veroorloven
to agree, to accord, to be in accord, to concord, to concur, to hold {ww.}
I accord
you accord
we accord
ik klop
jij klopt
wij kloppen
» meer vervoegingen van kloppen
to give, to accord, to administer, to grant, to impart, to provide, to confer, to allow, to yield, to spare, to afford {ww.}
I accord
you accord
we accord
ik geef
jij geeft
wij geven
» meer vervoegingen van geven
"We don't give discounts," the woman said sternly. "Regardless how small. Now, please take off the suit if you can't afford it."
"We geven geen kortingen," zei de vrouw streng, "ongeacht hoe klein. En wilt u nu alstublieft het pak uittrekken als u het zich niet kunt veroorloven?"
Cows give milk.
Koeien geven melk.
to fit together, to harmonize, to accord, to match, to get along {ww.}
passen
harmoniëren
samenklinken
bijeenpassen
harmoniëren
samenklinken
bijeenpassen
I accord
you accord
we accord
ik pas
jij past
wij passen
» meer vervoegingen van passen
to agree, to accord, to be in accord, to concord, to concur, to hold {ww.}
I accord
you accord
we accord
ik klop
jij klopt
wij kloppen
» meer vervoegingen van kloppen