Vertaling van acting
Inhoud:
Engels
Nederlands
acting, performance {zn.}
toneelspel
acting, performing, playacting, playing {zn.}
spel
He's playing a dangerous game.
Hij speelt een gevaarlijk spel.
He insists on playing another game.
Hij staat erop nog een spel te spelen.
deputy, acting, ad interim, surrogate, alternate {bn.}
plaatsvervangend
subsidiair
vervangend
waarnemend
subsidiair
vervangend
waarnemend
acting {bn.}
dienstdoend
wachtdoend
actief
wachtdoend
actief
making, manifacture, acting, formation, performance {zn.}
gedoe
vervaardiging
aanmaak
vervaardiging
aanmaak
to act, to do, to make, to perform, to carry out, to commit, to form, to reach, to render, to work, to wage {ww.}
I am acting
to function, to operate, to run, to work, to perform, to act {ww.}
I am acting
to act, to perform {ww.}
acteren
I am acting
to proceed, to act {ww.}
te werk gaan
to appear, to appear to be, to seem, to look, to act {ww.}
lijken
vóórkomen
voorkomen
toeschijnen
schijnen
overkomen
vóórkomen
voorkomen
toeschijnen
schijnen
overkomen
These two leaves look alike.
Deze twee bladeren lijken op elkaar.
All those flowers look alike.
Deze bloemen lijken allemaal op elkaar.
to affect, to influence, to act, to impinge, to shape, to sway {ww.}
invloed hebben op
beïnvloeden
beïnvloeden
to behave, to conduct oneself, to act {ww.}
zich gedragen
to act, to be effective, to have effect, to impact, to impinge, to work, to avail, to be efficacious, to affect {ww.}
Let's work.
Laat ons werken.
A man must work.
Een mens moet werken.