Vertaling van ascendency
Inhoud:
Engels
Nederlands
upper hand, excellence, predomination, primacy, superiority, advantage, ascendancy, ascendance {zn.}
overwicht
superioriteit
overhand
meerderheid
superioriteit
overhand
meerderheid
ascendance, ascendancy, ascendence, ascendency, control, dominance {zn.}
machtsoverwicht
ascendance, ascendancy, ascendence, ascendency, control, dominance {zn.}
gebied
heerschappij
heerschappij