Vertaling van beatified
Inhoud:
Engels
Nederlands
beatified, blessed, blissful {bn.}
zalig
beatified, blessed {bn.}
gelukzalig
to beatify {ww.}
zaligmaken
to beatify {ww.}
canoniseren
I beatified
you beatified
he/she/it beatified
ik canoniseerde
jij canoniseerde
hij/zij/het canoniseerde
» meer vervoegingen van canoniseren
to beatify {ww.}
zaligen
I beatified
you beatified
he/she/it beatified
ik zaligde
jij zaligde
hij/zij/het zaligde
» meer vervoegingen van zaligen
to beatify, to exalt, to exhilarate, to inebriate, to thrill, to tickle pink {ww.}
verrukken
I beatified
you beatified
he/she/it beatified
ik verrukte
jij verrukte
hij/zij/het verrukte
» meer vervoegingen van verrukken